Wanneer je op een mooie zomerdag – en bij voorkeur in de ochtend- of avondschemering – op de dijk langs het Groot Buitenschoor zit of wandelt, dan zoemt het je om de oren van kleine mugjes.
Spijtig genoeg blijft het niet bij zoemen om je oren. Van de mannen zal je geen last hebben, zij leven van nectar. Het zijn de vrouwen die steken om bloed te zuigen. En bleef het hier maar bij, dan konden we daar wel mee leven.
Maar na een steek van dit mugje zwelt je huid ter plaatse sterk op en mag je ook nog eens genieten van een branderig en jeukend gevoel.
Ben je dan ook nog allergisch voor muggebeten, dan mag je je nog enkele dagen verheugen in grote rode plekken die jeuken en branden.
En als je heel allergisch op zo’n beet reageert dan gaat zo’n rode plek over in een met vocht gevulde blaas.
Culicoides zijn tussenpersoon voor een aantal parasieten en virussen, maar die zijn echter niet schadelijk voor de mens.
Steekkaart
- Knutmugje, knutvliegje, Culicoides pulicarius
- Spanwijdte van 2 tot maximum 3 millimeter
- Ze kunnen slecht over een korte afstand vliegen, 100 meter maximum.
- Een 1000-tal soorten
- Komen voor van maart tot einde oktober
- Vliegen enkel in kalme omstandigheden; bij sterke wind, hevige regen of bij zonneschijn zal je geen last van hen ondervinden. Maar op een kalme grijze dag zijn ze de ganse dag op rooftocht.
- De larven kunnen strenge vorst overleven maar zijn niet bestand tegen langdurige droogte.
- Culicoides vinden hun prooi op het zicht.
Meer weten?
De knutten, knaasjes of kneiten behoren tot de Ceratopogonidae. Ook zij zijn wereldwijd verspreid. Van de ongeveer 4000 soorten komen er 700 in Europa voor, waarvan weer ongeveer 100 in Nederland.
Ook bij de knutten steken de wijfjes om bloed te krijgen voor de rijping van de eieren. Vooral soorten die tot het geslacht Culicoides behoren kunnen lastig zijn voor warmbloedige individuen. Berucht is Culicoides impunctatus die in Schotland het buitenleven soms vrijwel onmogelijk maakt.
Een andere soort, Culicoides riethi, veroorzaakte in de zomer van 1958 in de omgeving van Lelystad (het werkeiland) ernstige overlast.
Levenscyclus knutten
Over de verspreiding en levenswijze van knutten in Nederland is niet zoveel bekend.Wel komen de larven in allerlei terrestrische en aquatische biotopen voor. De paring vindt zowel in zwermen als daarbuiten plaats. Na de bevruchting en een bloedmaaltijd worden de eitjes afgezet in kleine en grotere wateren, stromend of stilstaand, in holtes in bomen, in potten waarin water staat of in modder.
De vrouwtjes laten de eitjes in het water vallen of zetten ze af op planten of drijvende algen. Na 3 tot 11 dagen komen de larven uit het ei en leven vervolgens 7 maanden als larve en overwinteren ook als zodanig. Als pop hangen ze 2 tot 5 dagen aan het wateroppervlak en hebben net als de steekmuggen dan luchtademhaling. Na het uitvliegen begint de cyclus weer van voren af aan.
De rol van knutten in het ecosysteem
Hoewel er weinig bekend is over het functioneren van knutten in het ecosysteem kan er vanuit gegaan worden dat de aquatische soorten in het larve- en popstadium dienen als voedsel voor vis en amfibieën. Zelf voeden ze zich voornamelijk met schimmels, algen en larven van de dansmug en andere muggen. Ook kannibalisme komt voor.
Volwassen exemplaren worden wel gegeten door vogels en spinnen.Vermoedelijk komt de functie in de voedselketen in grote lijnen overeen met die van de steekmuggen. Het ontbreken van natuurlijke vijanden zal ook bij de knut een toename van hetaantal exemplaren laten zien.
Plaagvorming en wat is er aan te doen
Knutten komen voor in zoete en zoute moerassen, hoog- en laagveen, modder, uitwerpselen en paddenstoelen. Hoewel ze erg hinderlijk kunnen zijn wordt er in Nederland nauwelijks melding gemaakt van overlast.
Er zijn wel veel soorten maar slechts de vrouwtjes van soorten uit het geslacht Culicoides steken mensen. De beten zijn gevoelig en kunnen enorm jeuken.
Deze soort veroorzaakt plagen van betekenis in Schotland. Soms kan de overlast zo groot zijn dat op die locaties buiten werken niet meer mogelijk is.Vroeger werden DDT, lindaan, dieldrin, chlordane en malathion in Schotland ter bestrijding gebruikt. Deze middelen zijn overigens nu al lang verboden vanwege hun schadelijke eigenschappen.
Een goede effectieve bestrijding zonder aantasting van het milieu is op dit moment niet bekend. Bij aanleg van nieuwe natte natuur is het mogelijk dat habitats ontstaan die gunstig zijn voor de ontwikkeling van knutten en zou plaagvorming kunnen optreden.
Bron: brochure van Rijkswaterstaat Nederland
In opdracht van de Waterwegen en Zeekanaal nv voerde Charlotte Sohier in 2011 onderzoek uit naar de aanwezigheid van knijten (Culicoides), het zogenaamde CULIMON-project.