Door kweldergraspollen dicht op elkaar te planten, kan het succes van het herstel van kwelders en schorren flink verbeterd worden. Dit blijkt uit gezamenlijk onderzoek van de Amerikaanse Duke University en het NIOZ Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee en is gepubliceerd in het toonaangevende wetenschappelijke tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences of the USA.
De traditionele manier van het aanplanten van kweldergras of helm is om de pollen zo ver uit elkaar te zetten dat de individuele planten niet concurreren om licht en voedingsstoffen. Daardoor ontstaan de typische planten-rijen die we kennen van duingebieden die hersteld worden na een stevige storm.
In een internationale studie, geleid door Duke University en uitgevoerd in Florida en de Westerschelde, is nu gekeken wat de meest effectieve manier is om nieuwe kweldervegetatie aan te planten. Hierbij zijn pollen van Engels Slijkgras (Spartina anglica) op verschillende manieren uitgeplant op de platen van Walsoorde en van Baarland en is gekeken hoe hard ze gegroeid waren aan het eind van het seizoen. “Daaruit blijkt dat het idee om planten ver uit elkaar te zetten hier juist averechts werkt. De planten groeiden soms tot 300% beter wanneer ze in clusters dichtbij elkaar werden gezet. Gemiddeld werd de snelheid van kwelderherstel hier mee verdubbeld”, vertelt Prof. Brian Silliman, hoofdonderzoeker van Duke University en gastonderzoeker bij het NIOZ.
Van kennis naar toepassing
In de afgelopen 10 jaar is er wereldwijd uitgebreid fundamenteel onderzoek gedaan naar de effecten van zogenaamde facilitatie tussen kwelderplanten. Dit houdt in dat als kwelderplanten dicht bij elkaar staan in het schorrenmilieu, ze elkaar meer ondersteunen dan dat ze concurreren. Prof. Johan van de Koppel van het NIOZ in Yerseke: “Onze studie heeft die fundamentele kennis toegepast in een aanplantschema dat meteen gebruikt kan worden bij de reparatie van menselijke en natuurlijke verstoringen in schorrenvegetatie. We hebben hierbij geleerd van de natuur.”
Meer informatie
Het onderzoek werd ondersteund door een beurs van het KNAW visiting Professor programma
Voor het wetenschappelijke artikel: http://dx.doi.org/10.1073/pnas.1515297112