Middelburg, 24 juli 2017 – Het ophogen van de Roggenplaat in de Oosterschelde start in de winter van 2018/2019. Dit is een jaar later dan gepland. De samenwerkingspartners van de zandhonger Oosterschelde (Provincie Zeeland, ministeries van Infrastructuur en Milieu en Economische Zaken, Nationaal Park Oosterschelde, Natuurmonumenten en Rijkswaterstaat) hebben tot uitstel besloten omdat het vergunningstraject langer duurt dan gedacht.
Projectleider Rijkswaterstaat Eric van Zanten: “Samen met Natuurmonumenten hebben we het vanaf het begin belangrijk gevonden om dit grote uitvoeringsproject zorgvuldig met belanghebbenden te doorlopen en dit willen we blijven doen. Het uitstellen biedt meer ruimte voor aanvullende nulmetingen wat belangrijk is voor de monitoring van de zandsuppletie. De winterperiode bleek uit overleg met stakeholders de beste tijd voor uitvoering wat betekent dat een kleine vertraging direct zorgt dat een heel jaar later gestart kan worden.”
Zandhonger
De voedselrijke zandplaat in de Oosterschelde wordt door zandhonger steeds kleiner en dat is slecht voor trekvogels en rustende zeehonden. Door de Oosterscheldekering is de stroming minder sterk waardoor er geen natuurlijke opbouw meer is van zandplaten. Met name tijdens stormen verdwijnt er zand in de naastgelegen geulen. Daardoor wordt de voor de natuur zo belangrijke Roggenplaat steeds lager en kleiner. Tienduizenden trekvogels en een grote populatie zeehonden in de Oosterschelde zijn sterk afhankelijk van de Roggenplaat. Voor kustvogels als de rosse grutto en zilverplevier is de Roggenplaat een rijk gedekte tafel waar volop voedsel te vinden is. Zeehonden zogen er hun jongen en komen er tijdens laag tij tot rust. Met het opspuiten van zand blijft de Roggenplaat hen de komende dertig jaar een plek geven. Boswachter Paul Begijn: “Voor de natuurwaarden op en rond de Roggenplaat heeft de verschuiving naar volgend jaar geen directe gevolgen, maar de noodzaak om op te hogen blijft natuurlijk onverminderd groot. Als we niet ingrijpen, is de zandplaat binnen dertig jaar z’n ecologische functie als ‘wegrestaurant’ in de Oosterschelde kwijt.”
Monitoring effecten
De zandsuppletie op de Roggenplaat is een groot uitvoeringsproject waarbij Rijkswaterstaat en Natuurmonumenten vanaf het begin afstemming hebben gezocht met belanghebbenden, vooral de mosselsector. Mosselvissers maken zich zorgen over hun percelen rondom de Roggenplaat. Om effecten van de zandsuppletie te kunnen meten, is er een uitgebreid monitoringsprogramma opgesteld waarbinnen voor, tijdens en na de werkzaamheden gemonitord wordt. Verder zijn er samen met mosselkwekers wisselpercelen aangewezen. Het uitstel biedt meer ruimte om deze in het voorjaar te beproeven. De samenwerkingspartners vertrouwen erop dat de zorgvuldige voorbereiding bijdraagt aan een goede uitvoering van de zandsuppletie op de Roggenplaat.