Naar aanleiding van de klimaattop in Parijs verschijnen er veel artikelen over de gevolgen van klimaatverandering in Nederland. Het Dagblad van het Noorden sprak met marien bioloog Wouter van der Heij van de Waddenvereniging en Jan Boon van het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) over de ‘vreemde’ dingen die in de Waddenzee gebeuren.
Zo werden er onlangs tientallen riffen van schelpkokerwormen gevonden. Wouter vermoedt dat de opwarming van het zeewater en vooral het ontbreken van strenge winters een rol spelen. Jan Boon maakt zich zorgen over de klimaatverandering. ‘De zeespiegelstijging is gevaar nummer 1 voor ons land’, stelt hij in de krant. ‘De stijging in de Waddenzee is nu al zo’n 2 tot 3 millimeter per jaar. De vraag is of het wad dat tempo kan bijhouden.’ De Waddenvereniging hoopt dat er stevige afspraken worden gemaakt over CO2-uitstoot, zodat de Waddenzee in de toekomst niet verdrinkt door te snelle zeespiegelstijging.
Een temperatuurstijging van het zeewater is natuurlijk wel lekker als we met z’n allen de nieuwjaarsduik doen bij de Afsluitdijk. Voor vissen is het echter een reden om te verkassen naar dieper en kouder water. Niet alleen jonge platvis en scholletjes vertrekken massaal uit de Waddenzee, ook bot en schar zijn dramatisch afgenomen. De hoge watertemperatuur heeft grote gevolgen voor de visstand in de relatief ondiepe Waddenzee. Jan Boon van het NIOZ meent dat niet alleen het uitblijven van strenge winters en de opwarming van het water meespeelt, maar ook de zandsuppleties van Rijkswaterstaat, de afname van voedingstoffen en de grote aantal aalscholvers en zeehonden. Er zijn ook echter soorten die zijn toegenomen, omdat ze juist houden van warmer water, zoals zeebaars en goudbrasem. Ook zijn er steeds meer garnalen en krabben.
bron: De Waddenvereniging