Krabben – Brachyura

Krabben (Brachyura) zijn een groep van kreeftachtige dieren die behoren tot de orde tienpotigen (Decapoda).

De wetenschappelijke naam Brachyura betekent letterlijk korte staart en verwijst naar het onder het buikschild geklapte achterlijf, waardoor krabben in tegenstelling tot andere kreeftachtigen geen zichtbare staart hebben.

Kenmerken

Krabben worden verder gekenmerkt door een afgeplat lichaam dat breder is dan lang en omgeven wordt door een rugpantser, de ogen die duidelijk op steeltjes staan en het tot grijpscharen omgebouwde voorste paar poten.

Andere opmerkelijke eigenschappen zijn de zijwaartse manier van voortbeweging en het vermogen zich snel in te graven.

Meneer of mevrouw krab?

Je kunt heel duidelijk het verschil zien tussen een mannetjes- of vrouwtjeskrab. daarvoor moet je naar de buik van de krab kijken.

Bij het mannetje zie je een vuurtorentje (1e foto), bij een vrouwtje een bijenkorfje (2e foto)

een mannetjeskrab
een vrouwtjeskrab

Soortenoverzicht

Tot nu toe vonden wij op onze schorren 5 soorten krabben terug:

  1. Inheems:
    1. Strandkrab (Carcinus maenas)
    2. Zwemkrab (Liocarcinus holsatus)
  2. Exoten:
    1. Chinese wolhandkrab (Eriocheir sinensis)
    2. Blaasjeskrab (Hemigrapsus sanguineus)
    3. Penseelkrab (Hemigrapsus takanoi)

Strandkrab – Carcinus maenas

De Strandkrab is de krab die je het meest zult tegenkomen in onze wateren.

De strandkrab stelt weinig eisen aan het milieu waarin ze voorkomt en is goed bestand tegen lage zoutconcentraties. Ook kunnen ze lange tijd buiten het water overleven zolang ze zich voor predatoren zoals meeuwen kunnen verschuilen. Ze kan hierdoor worden gevonden in het getijdengebied maar ook tot diep in riviermondingen en hoog op de schorren.

Hun hoofdvoedsel is de gewone of grijze garnaal welke de helft van hun voedsel uitmaakt. De strandkrab is niet kieskeurig in zijn dieet en leeft van aas, schelpdieren, garnalen en andere kreeftachtigen waaronder ook soortgenoten, stekelhuidigen, wormen, vissen en algen en kan met recht alleseter worden genoemd.

Strandkrabben zijn op het slik actief waar ze naar wormen en andere dieren zoeken, soms worden die uitgegraven. Op hun beurt zijn strandkrabben weer voedsel voor met name zilvermeeuwen.

Meer weten?

Chinese wolhandkrab – Eriocheir sinensis

De Chinese wolhandkrab (Eriocheir sinensis) is een grote zoetwaterkrab die leeft in getijdenrivieren, mondingen en kustgebieden van Oost-Azië. Ze werd voor het eerst in Europa gezien in 1912, toen een aantal krabben samen met het ballastwater van een schip werden geloosd in de Weser, een rivier in Duitsland. Van daaruit, maar wellicht ook via andere schepen, begon de kolonisatie.

De krabben kunnen overleven in vervuild water maar de verbeterende waterkwaliteit appreciëren ze ten zeerste.

Voor België begint het verhaal in 1933, toen de eerste krabben opdoken in het Antwerpse havengebied. De eerste waarneming in Anderstad in Lier dateert pas uit 2008, maar in 2012 werden er al verschillende honderden gezien. Het kan dus snel gaan!

Stevig armhaar

De grotere exemplaren hebben een pantser van ca. 7 cm en met de poten erbij kom je al snel tot 30 à 40 cm krab. Opvallen doen ze dus wel! Een naderende wandelaar mag zich steevast verwachten aan een imposante dreighouding: verticaal op de achterpoten met de open scharen dreigend in de lucht. Daarmee kunnen ze pijnlijk knijpen, maar zelf aanvallen doen de krabben niet, ze zijn eerder schuw. Hun naam danken ze aan de stevige bundels haren op de scharen en de poten.

Schadelijk?

Ze ziet er vrij onschuldig uit, maar de Chinese wolhandkrab is een gevreesde alleseter die zich voedt met algen, wormen, schelpdieren en kleine vissen. Vooral de schade aan de riviervisserij is een probleem: ze eten aas op en vernielen visnetten en fuiken. Het eten van vissen en hun prooidieren is dan weer een ecologisch pijnpunt en ook eieren en larven van vissen worden gesmaakt, zodat ook de grote soorten in het gedrang kunnen komen. Door het graven van holen ondermijnen ze bovendien de stabiliteit van dijken en oevers en er zijn gevallen bekend waarbij de krabben watervoorzieningssystemen blokkeerden door in grote getale in de file te staan voor de migratie.

In Duitsland werd de economische schade over de voorbije jaren geraamd op 80 miljoen euro.

Onschuldig?

De krabben migreren in september-oktober, ze trekken dan naar getijdenwateren, in dit geval de Schelde, om er te paren. Daarbij verplaatsen ze zich tot wel 12 km per dag. ‘Te voet’ overbruggen ze droge plaatsen, sluizen e.d. om stromend water te bereiken, en dat konden de wandelaars de afgelopen dagen vaststellen in Lier.

Tot op heden kenden we bij ons geen natuurlijke vijanden van de Chinese wolhandkrab, die een snelle uitbreiding zouden kunnen afremmen. De Lierse vogelkijkers deden echter interessante vaststellingen: Kleine mantelmeeuwen en Zilvermeeuwen gaan over tot de aanval en plukken geregeld krabben uit het water, bijten de scharen af met hun krachtige snavel en vliegen weg met de hulpeloze, spartelende krab. Kraaien snoepen graag van de achtergebleven poten.

Meer weten?

Blaasjeskrab – Hemigrapsus sanguineus

De blaasjeskrab (Hemigrapsus sanguineus) is een uitheemse soort afkomstig uit Azië of mogelijk uit Amerika waar de soort ook geïntroduceerd is. Deze soort werd voor het eerst in de Westerschelde gevonden in augustus 2004, nabij Hoedekenskerke. Hier werden op het ponton van de veerboot – tussen mosselen – 3 blaasjeskrabben aangetroffen.

Vanwaar de benaming blaasjeskrab? Kijk dan eens goed in de open scharen. Heb je het blaasje gezien?

Meer weten?

Penseelkrab – Hemigrapsus takanoi

De penseelkrab Hemigrapsus takanoi kwam oorspronkelijk enkel voor in de Noordwest-Pacifische regio, maar werd via transportschepen – als larven in het ballastwater of in de aangroeilaag op de romp – naar Europa gebracht. Het kleine krabbetje werd voor het eerst gevestigd waargenomen in Europa in maart 1994 nabij La Rochelle, in Frankrijk. De eerste waarnemingen in België dateren van 19 augustus 2003 in de haven van Oostende. De penseelkrab en de nauw verwante blaasjeskrab Hemigrapsus sanguineus zijn nu zeer talrijk langs onze kust. Het zijn beiden wiereneters en predatoren van allerlei ongewervelden.

Meer weten?