2004 – Oilspill Europaterminal

In de nacht van 31 juli op 1 augustus 2004 werd er tijdens het bunkeren van een zeeschip aan de kade van de Europaterminal, de containerkade van Hesse-Noord Natie ter hoogte van de Zandvliet- en Berendrechtsluis wat stookolie gemorst.

Bij de overslag van zware stookolie kwam door een fout een grote hoeveelheid in het water terecht. Leek de schade aan het schorrengebied aanvankelijk mee te vallen, nu is de smurrie over een groot aantal kilometers aangetroffen.

Het verloop

1 aug 2004, de eerste vaststellingen

Tijdens de maandelijkse wandeling bemerkten we hier en daar enkel olievlekken.

4 aug 2004, volledige survey van het Galgeschoor:

Een volledige survey van het Galgeschoor leerde ons dat de olieverontreiniging veel ernstiger was dan vermoed.

6 aug 2004, de scheepvaartpolitie maakt een pv op.

Na herhaald aandringen komt de scheepvaartpolitie ter plaatse om de nodige vaststellingen te doen. Er kan maar 1 man gaan kijken want ze beschikken niet over het nodige materiaal zoals laarzen of overall.
Er wordt een eerste olieslachtoffer opgemerkt: een wilde eend die volledig besmeurd is maar nog te levendig om te vangen.

6 aug 2004, de dader is bekend.

Ondertussen is ook de dader bekend: blijkt dat de verontreiniging afkomstig is van de Scan Carrier Seaforth, Liverpool. Volgens de een bron zou een breuk in de bunkerleiding de oorzaak zijn, volgens andere bronnen is door onoplettendheid de tank overgelopen en faalde de overlooptank.
De verantwoordelijke van de Europaterminal was in al de heisa ‘vergeten’ om melding te maken van dit incident.

7 aug 2004, Gallowaysverhuis mislukt.

De olieverontreiniging blijkt het ernstigst te zijn in het gebied waar de galloways meestal vertoeven. Pogingen om hen te verhuizen mislukken echter.

11 aug 2004, de instanties komen poolshoogte nemen.

Op woensdag 11 augustus kwamen Fernand Van Hout, de dijkwachter van AWZ, en 2 vertegenwoordigers van de firma Hye uit Burcht ter plaatse om poolshoogte te nemen van de situatie; tevens werd er een eerste raming van de voorziene werken met kostenplaatje opgemaakt. AWZ heeft zich duidelijk geëngageerd om deze verontreiniging ten gronde aan te pakken en op te lossen: de afdeling Zeeschelde van AWZ is verantwoordelijk voor het beheer van de Schelde-oevers en zal de nodige acties ondernemen om de vervuiling te laten opkuisen, en de eindfaktuur naar de dader te zenden.
Ir. Leo Meyvis AWZ heeft Joris Janssen leidend ambtenaar Afd. Natuur Antwerpen ingelicht over de vervuiling van het Galgeschoor. Joris Jansen wenst volgende maatregelen te nemen:

  • Verwijderen van de besmeurde stenen van aan de container terminal tot Blauwgaren (1,5 km) en vervangen door zuivere.
  • Op hetzelfde traject afgraven van de grond tot op een diepte van 15 cm
  • Over de ganse lengte van het Galgeschoor het besmeurde riet maaien en afvoeren: tegen de containerterminal over een breedte van 4 m en verminderend tot een breedte van 1 m bij Lillo.

De verontreiniging is zwaarder dan verwacht. De vervuiling van het stenen talud blijkt over een afstand van ruim 1,5 kilometer veel dieper te zitten dan verwacht. Men spreekt er nu van om het talud volledig af te graven evenals 15cm van het achterliggende schor. Het riet zou weggemaaid worden over een breedte van 4m aan de containerterminal tot 1m ter hoogte van Lillo.
Naast enkele besmeurde wilde eenden, waren er nu ook een 3-tal besmeurde ganzen. Het bleek onmogelijk deze dieren te vangen. Van de zwaarbesmeurde wilde eend vonden wij geen enkel spoor meer terug.
Nu blijkt dat de terminalbeheerder van de Europaterminal het Havenbedrijf niet op de hoogte heeft gebracht van dit incident. Ook blijkt de informatiedoorstroming naar AWZ nihil te zijn.

Voorgestelde aanpak

aanwezig:

schorrenwerkgroep: Frank Wagemans, Hug Van Beek
AWZ: Fernand Van Hout
HYE Gebroeders N.V: J. Kortleven en Bart Pombreu

situatieschets:

Er werd een balans opgemaakt van de olieverontreiniging op het Galgeschoor na de olieverontreiniging in de nacht van zaterdag 31 juli 2004 op zondag 1 augustus 2004.

  • Het besmeurde gedeelte strekt zich uit over een afstand van 3,7km: van aan de Europaterminal tot aan de steiger van Lillo.
  • Het zwaarstbesmeurde gedeelte strekt zich uit over een afstand van 1,5km: van aan de Europaterminal tot aan de scheepvaartsignalisatie van Blauwgaren.

oplossingen:

  • zwaarstbesmeurde zone
    • maaien en afvoeren van de besmeurde vegetatie over een breedte van 3 à 4m
    • afgraven van het stenen talud
    • afgraven van de besmeurde zones tussen het stenen talud en de vegetatie tot een diepte van 15cm.
  • minderbesmeurde zone
    • maaien en afvoeren van de besmeurde vegetatie over een breedte van 3 – 4m aan de rode zone, minderend tot 1 à 2m aan de steiger van Lillo.
    • Afgraven van enkele besmeurde spots.

Staalname, 17 aug 2004. Op last last van AWZ doet SGS een bemonstering van het Galgeschoor. Ook Lombry (verzekeraar) neemt enkele stalen. In totaal worden er een 20-tal stalen genomen.

23 aug 2004, Opruimingswerken van start. Op maandag 23 augustus ging de 1e fase van de opruimingswerken van start: het maaien en afvoeren van het besmeurde riet. Deze werken werden op vrijdag 27 augustus beëindigd.

25 aug 2004, werkbezoek “wetenschappelijke team” van ITOPF. De betrokken partijen brengen een werkbezoek aan de schoonmaakwerken. De tegenverzekeraar (Guy Lauriers, Scua) meldt nu al enkel het maaien te willen betalen en stelt een schadeloosstellingsbedrag voor aan Natuurpunt.
Dr. Purnell Karen – scheikundige van opleiding en Senior Technical Advisor van The International Tanker OwnersPollution Federation Limited (ITOPF) – wil de werken stilleggen omdat er volgens haar zg. quasi geen bezoedeling is. Zij beweert zelfs dat door de opruimingswerken het Galgeschoor onherstelbare schade zal lijden omdat het riet gemaaid wordt en nooit meer zal groeien, omdat de bodem helemaal omgewoeld wordt waardoor deze helemaal zal wegspoelen. Ook blijkt dat zij de voorbije dagen reeds enkele incognitobezoeken heeft gebracht aan het Galgeschoor.
De mensen van ITOPF zijn waardeloos: onder het mom van wat ronkende titels en een firma met een schoon afkorting is hun taak enkel en alleen maar verkondigen: niets doen het lost zich wel op. Uiteindelijk werken zij in opdracht van de tankereigenaars en die gaan toch niet in hun eigen vel snijden ?! Wat blijkt tijdens het terreinbezoek? Zij kennen niets maar dan ook niets van slikken, schor.
Met hun kleurige, smetteloze overalls deden ze mij meer denken aan de Thunderbirds; marionetten in de handen van de tankereigenaars.

Er wordt door de vertegenwoordiger van SCUA herhaaldelijk voorgesteld om het te houden bij het maaien en afvoeren van het verontreinigde riet en de rest zich op een natuurlijke wijze te laten oplossen zoals de ITOPF’ers beweren. In ruil wil hij praten over een gift aan Natuurpunt.

Er wordt een vergadering voor volgende week 2/9 afgesproken bij Scua. Deze vergadering zal nooit plaatsvinden.

Op 7 sep 2004 verschijnt er een fax van SCUA met een uitnodiging voor een bijeenkomst op 9 sep.

Praktisch gezien echter, gezien het ecologisch rapport dat wij bekwamen vanI TOPF (waarvan U eerder kopij werd bezorgd), inhoudend de modderzone en de stenen verder onaangeroerd te laten, denken wij niet dat dit een vlotte regeling op korte termijn in de weg zou mogen staan en wij zijn bereid een aannemelijke oplossing in die zin en tot voldoening van alle betrokken partijen aan onze opdrachtgevers voor te stellen.

27 augustus 2004, einde van de werken

Staalanalyse

Op 9 september komt er een fax van de bemiddelaar Scua n.v.

Verwijzend naar de eerdere gesprekken, zoals beloofd, hierbij kopij van 2 eerste vergelijkende analyses uitgevoerd door LOVAP. Het betreft een vergelijking tussen een monster van de brandstof in de bewuste tank van de “SCAN CARRIER” en een monster van het bevuilde riet (hoog niveau) en van melkkruid op laag niveau, t.h.v. de stenen.

  • voor het riet : er is een gelijkenis doch er is redelijke twijfel
  • het melkkruid : er is geen noemenswaardige gelijkenis.

Vreemd, analyse van slechts 2 stalen? En waar zijn al die andere stalen naartoe?
Blijkt dat de 18 stalen genomen door SGS niet werden onderzocht en ook niet zullen onderzocht worden.

De afloop

Deze zaak werd blijkbaar in alle stilte gefixt:

  • de dijkwachter van AWZ mocht zich ineens niet meer met deze zaak bezighouden,
  • zo nauw de schorrenwerkgroep in het begin bij deze zaak betrokken werd zo ver werden we ineens van alles afgehouden tevens wordt hen van hogerhand ten strengste aangeraden om het rustig aan te doen met deze zaak,
  • de bij hoogdringendheid gestelde eisen – gelet op de internationale bescherming die op het gebied rust (Ramsargebied, Vogelrichtlijngebieden Habitatrichtlijngebied) en het gelegen is in het Vlaams EcologischNetwerk, verzoeken wij u zo spoedig mogelijk een opruimactie op touw te zetten – smelten ineens als sneeuw voor de zon.

En dan hebben we het nog niet over enkele interessante geruchten die we her en der opgevangen hebben en die erop wijzen dat er achter de schermen het één en ander gefixt werd.

Status

De verontreinigde vegetatie werd gemaaid en afgevoerd, de verontreinigde bodem en talud liggen er nog steeds.

Besluit

Hoe je het ook draait en keert maar bij heel deze zaak zijn er vreemde dingen gebeurd.

De toevalligheden en fouten die gemaakt worden zijn een beetje te opvallend, neem daarbij nog de door SCUA aangeboden financiële steun in ruil voor het stopzetten van deze zaak. Een mooi voorbeeld van de gekende Belgische corruptie.