de Schelde
Ik zoek een woord Een heel nieuw woord Een woord Dat niemand kent Ik zoek een woord Dat zeggen wil Hoe boeiend JIJ wel bent
Galgeschoor en Groot Buitenschoor
Brakwaterschorren aan de Schelde
Ik zoek een woord Een heel nieuw woord Een woord Dat niemand kent Ik zoek een woord Dat zeggen wil Hoe boeiend JIJ wel bent
Als slikken zouden sprekenen schorren zouden fluisterenals het buigende rieteen lied van alle talenkon fluisteren in de windDan zouden mensenstaan luisterenmet oren vol verwondering Als kolkende golvenhet zout veschuimenals de zeekraal weemoedigzijn bladeren laat hangenboven het zilte v/d grondDan zouden mensenstaan kijkenmet ogen vol begrip Als vogels opvliegenomdat schorren onderlopenen de slikken overvol zijnals het … Lees meer
Eerste herfstdagende zee is als een rijstveld,dat diepe blauwgroen
Des avonds op de trottoirs in de straten van het haven-kwartierLoopt een eenzame man op zoek naar ondeugend vertierAchter roodverlichte ramen lokt onweerstaanbaar het vleselijk schoonVan mooie mysterieuze damesDuivelinnen op hun troon De man werpt geile blikken in de tempeltjes van genotDe dames achter het raam knikken: viens ici cherieIci il fait chaudEn hij laat … Lees meer
De dalende zon schenkt het watereen rimpelend speels patroonRond de toren wordt ’t langzaam laterEven draagt de stad een koningskroonLoom spiegelt de zee de wazige vertenZij kaderen zich in lijsten van oneindigheidWeemoedig denk ik aan oude heldendie hetzelfde zagen in hun verleden tijdHoeveel zonsondergangen hebben zij aanschouwdOp het campagnedek van hun schepenAlleen hier, op de … Lees meer
Als de stilte, niet meer hoorbaar isAls rust ver zoek isAls ik mezelf, niet meer kan vinden Dan… is het slik wat ik nodig hebEen afgaande tij die langzaam de oever vrij geeftOpgekropte gassen die zingend ontsnappen Vogels die langs de waterlijn voedsel vindenLeeglopende kreekjes die, dieper uitslijtenPaarden, schapen, ossen die me raar bekijken Ruisend … Lees meer
In kinderogen heeft de zee bij eb, nood aan een schoonheidsslaapje
de lucht is staal, gespannen boven ’t zand.Ik hoor het slijk, dat met zijn kille woordende dagen telt van het verdronken land,en stilte zingt in peerelgrijze akkoorden. Het glazen licht bedrijft zijn schaduwspelover het riet en langs de sprokke dijken.De luie wind herinnert ‘m nog welhoe dat ze voor de storm moesten wijken. En in … Lees meer
nog frismaar stralen strelenop het strandhet stramien van mijn structuur en bij een glas op het terrasbeijk ik joude horizonvol vuur vrouwen en vlindersvrijen alin ongeremde hartstochtstoom afblazend maar maagdenmogen melancholischmijmeren van strelen het is nog vroeghet is maarthet moet nog avond worden aart
Drie vogeldriehoeken stekende enorme oceaan over die in de winteruitgetrekt ligt als een groen beest.Alles rust, de stilte,het grijze voortschrijden, het zware lichtvan de ruimte, de wentelende aarde.Hoog boven dit alles trok een vluchtvoorbijen nog een vluchtdonkere vogels, winterse lichamen,trillende driehoekenop vleugelsdie bijna onbeweeglijkhet koude grijs, de desolate dagenmet zich meevoerenlangs de kusten van Chili. … Lees meer
onder wolken vogels varenonder golven vliegen vissenmaar daartussen rust de visser golven worden hoge wolkenwolken worden hoge golvenmaar intussen rust de visser Lucebert
woest en onbesuisdtrots en zelfvoldaankolkend en spuwendkolossaal en indrukwekkend Het stijgt en daalthet komt en gaathet spoelt herrinneringen wegen onthult de toekomst
Ik ga niet naar zee deze wijde zomermet hitte bedekt, ik ga niet verderdan de muren, de deuren en de spletendie mijn leven en de leven omringen. Op welke afstand, voor welk raamin welk stationliet ik de zee achter? Daar stonden we dan,ik keerde mijn rug naar wat ik liefhebterwijl ginds de strijd verder woeddevan … Lees meer
Buldrend speelt de zee met ’t oude vaartuig.Kalm, manhaftig kampt de grijze zeemanmet den storm. Maar splijtend te allen kantevreeslijk kraken de oude brooze wanden. Bleek en bevend staart alom de manschapnaar het krakend wantwerk en den zeeman. “Sloepen af en vrouwen eerst!” gebiedt hij.Wiegend wagglen sloepen in den storrem,angstig ijlt de manschap in de … Lees meer
Als eindelijk de dag aanbreekt om ’t anker uit de tijd te lichtenVerlaat een naar het onbekende koersend schip de haven.Stil, als was geen mens aan boord, begeeft het zich op weg;Geen zakdoek, noch een hand, wuift er bij dat vertrek.Vol van weemoed om de reis staan zij die bleven op de kade,Dagenlang staren hun … Lees meer
We zijn hier aan de oever van een machtige rivierDe andere oever is daarginds, en deze hier is hierDe oever waar we niet zijn noemen wij de overkantDie wordt dan deze kant zodra we daar zijn aangelandEn dit heet dan de overkant, onthoudt u dat dus goedWant dit is van belang als u oversteken moetDat … Lees meer
een dag dat ik ontwapend gaverwint mij ’t oude landmilddadig ontmoet ik weer mijn vaderdie droeg in eenvoud zijn seizoenenin een klank met het zaad de grondhet golvend graan en afgeoogstvocht hij het uit met godzoals naar boerenbloedgeboden wasen zo was ’t goedmaar in mijn grillig en weerbarstigtij van overmoedbegreep ik ’t nietbegreep ik evenmin … Lees meer
De sjimpansee doet niet mee Waarom doet de sjimpansee niet mee De sjimpansee is ziek van de zee Er gaat zoveel water in de zee Meent de sjimpansee Paul Van Ostaijen
Het ruisen van de regen hoor ik nietDoor het ruisen van de Zee.Ademloos luistert mijn Lied.Soms ruist de zeewind mee. Jacob Israel de Haan
het strand van mijn hartwaarin de golfslag van de daggetekend staat is drooggevallen.achter een horizon van vogelsboven wolken en waterontwijkt de vloed mijn handen.kom nu en zoek de schelpen bijeende rose van mijn liefdede grijze van mijn eenzaamheidmaar laat de witte dichtwant daarin woont het schelpdiervan mijn verlangen.de fles met het laatste bericht. Katinka Terhorst